‘Mijn dochter van 15 wil (bijna) niet meer bij ons thuiskomen sinds ik samenwoon met mijn vriendin. Als ze er wel is, gedraagt ze zich raar. Stelt eisen en uit dreigementen. Het lijkt wel of ze een bom onder onze relatie wil leggen. Hoe ga ik hiermee om?’

Er vanuit gaande dat jullie een fijne relatie hebben, dat jullie beider intenties kloppen en dat er sprake is van gelijkwaardigheid schrijf ik een antwoord op deze vaak voorkomende vraag!

Ik begin zo, omdat kinderen ook haarfijn aan kunnen voelen wat er niet lekker loopt. Laat ik het zo zeggen: kinderen saboteren niet voor de lol. Er zijn meerdere redenen waarom ze dit kunnen doen (en ik chargeer in wat nu volgt): 

  1. Ze hebben veel meer ruimte gekregen toen je nog zonder partner was. Misschien heb je toen dingen door de vingers gezien die je nu niet meer kan toestaan. Voorbeelden? Later naar bed, je dochter op haar wenken bediend, altijd voorin mogen zitten in de auto, geen groente hoeven eten. 
  2. Kinderen voelen dat hun vader op z’n tenen loopt. Of als een jolige puber door het huis gaat. Ze voelen verandering en kunnen die niet plaatsen. Ze zien hun vader het liefst als vader, en niet als gelijke.
  3. Ze krijgen loyaliteitsconflicten naar hun moeder toe. Dit gebeurt vooral als ze de nieuwe partner eigenlijk heel fijn vinden. Of als hun moeder het moeilijk vindt dat er een nieuwe partner is. Kinderen trekken van nature naar de ouder die het het meest nodig heeft als de situatie moeilijk wordt.
  4. Ze komen in de pubertijd, gaan sowieso al grenzen opzoeken. En krijgen niet de juiste begeleiding of ze krijgen niet op de juiste manier grenzen gewezen.

Wat is de mening van de moeder in dit verhaal? Is er een omgangsregeling waar iedereen zich aan houdt? In alle gevallen is het antwoord op deze redenen heel belangrijk.

  1. Ik adviseer graag ‘kerngezinvergaderingen’. Een kerngezinvergadering houdt in dat je met regelmaat met de andere biologische ouder en kind(eren) samen gaat zitten om te bespreken hoe het met jullie kind(eren) gaat. Ik zeg bewust andere biologische ouder, want dit is niet het moment waarop je oude pijn of ander partnergedoe gaat bespreken. Alléén kindzaken! In zo’n vergadering moet duidelijk worden dat kinderen niet om het minste of geringste naar hun andere biologische ouder kunnen rennen! In het belang van het kind moet de andere ouder ook zien dat het als ‘toevluchtsoord’ fungeren jullie kind-ouder relatie ondermijnt.
  2. Bekijk je eigen gevoelens. Handel je vanuit angst? Vanuit de angst je kind te verliezen? En pik je misschien meer dan eigenlijk gezond of goed is? Want dat voelen kinderen. Ze weten heel goed dat ze dan ruimte voor manipulatie hebben. Neem stelling uit liefde. Ik schreef er een blog over op femkejoy.nl: Je denkt dat je je kind helpt… maar is dat ook zo?
    Grenzen stellen = liefde. Geef aan wat wel en niet kan en zeg dat je met respect met elkaar wilt omgaan. Zoals gewoon hallo zeggen als je binnenkomt. Wat zijn de normen en waarden waarmee je je kind wilt opvoeden? Ga daar als man en vader voor staan. 

Je verliest jouw kind niet als je grenzen aangeeft. Ja, dat durf ik echt te beweren. Misschien dat jullie band de komende tijd wat hobbels te verduren krijgt. Maar in de basis ligt liefde. Wat we namelijk willen is onze kinderen uit laten groeien tot mooie, evenwichtige en respectvolle mensen. Die weten hoe ze met anderen om moeten gaan en die voelen hoe ze met zichzelf om willen laten gaan. Als je ze nu geen grenzen geeft, dan worden het verwende, onmogelijke mensen. En geloof mij: ze vinden zichzelf écht niet leuk als ze een verwend en onmogelijk mens worden. De spiegeling en confrontatie doen pijn. Je dochter zal niet direct zeggen: ‘Dankjewel voor deze grens, hier leer ik iets van.’ Maar als jij vanuit liefde voelt: ‘Déze grens móet ik je geven, omdat ik zo niet met mezelf wil laten omgaan en ik ook niet wil dat jij een vervelend persoon wordt. Ik hou van jou en júist daarom geef ik deze grens.’ Dan zal er absoluut, mettertijd, een dankbaarheid komen. De liefde blijft bestaan. 


Door Femke Joy Huibers – Saffrie
Eerder gepubliceerd in het STIEF m/v nummer
2

Gerelateerde artikelen