‘Wat fijn dat je kinderwens nu vervuld is!’ Dit is zo’n opmerking waar mijn bek altijd een beetje van openvalt. Hoe komen mensen erop? Er zijn misschien stiefouders die het zo ervaren, maar veel stiefouders die zelf geen kinderen hebben gekregen, zijn gewoon ongewenst kinderloos. Met al het verdriet dat daarbij hoort. Dat is niet te zien aan de buitenkant, zeker niet als je iemand druk in de weer ziet met het stiefgezin. Waarom vullen stiefkinderen dat gat niet? Daar heb ik zo mijn gedachten over. Het kan natuurlijk zijn dat een stiefouder graag zelf een kindje had gebaard of verwekt en dat dat helaas niet is gelukt. Maar ik denk dat het ook iets anders is. 

Je stiefkind heeft een vader en een moeder. In sommige gevallen is de stiefouder belangrijker dan de echte ouder, omdat de echte ouder uit beeld is. Maar in moderne stiefgezinnen is er meestal sprake van een zorgverdeling met de andere ouder. Er is geen vacature voor een extra ouder. Dan sta je als stiefouder gewoon op de tweede plek. Het is niet jóuw kind. En daar zit het. Het gaat om die unieke rol in het leven van kinderen van wie jij dé vader of dé moeder bent. Natuurlijk kan een kind in je leven een grote zegen of troost zijn. Kinderen zijn leuk! Maar dat is iets anders dan een kind dat papa of mama tegen je zegt. Hoe wonderlijk is het dan als anderen denken dat je kinderwens vervuld is. Alsof een kind een huisdier is. Alsof zorgen voor een kind hetzelfde is als papa of mama zijn. Zelf heb ik een dochter en een stiefdochter. En ik heb het ook weleens te horen gekregen: ‘Wat leuk dat je er nu twee hebt!’ Maar ik heb geen twee dochters. Ik had graag een tweede kind gekregen. En hoewel mijn gezin eruit ziet alsof ik er twee heb, weten zij en ik wel beter. 

Wij zijn stief. En dat is iets anders.  


Door Wanda Dijkstra
Eerder gepubliceerd in STIEF m/v nummer
2

Gerelateerde artikelen